Posttraumatische stressstoornis (PTSS) wordt doorgaans behandeld met een vorm van exposuretherapie zoals EMDR-therapie. Maar er zijn meer therapievormen. Een relatief nieuwe, wetenschappelijk onderbouwde therapie is narratieve exposuretherapie (NET). Narratieve exposuretherapie helpt jou (letterlijk!) ‘je verhaal te doen’ en het trauma in een context te plaatsen. En dat is bijzonder effectief!
Wat is narratieve exposuretherapie (NET)?
Narratieve exposuretherapie is een kortdurende behandeling voor complex getraumatiseerde PTSS-patiënten.[1] Hiervan is sprake als je langdurig aan trauma blootgesteld bent geweest. Denk bijvoorbeeld aan herhaaldelijk (seksueel) misbruik of langdurig (oorlogs)geweld. NET is in feite een combinatie van twee therapievormen:[2]
- getuigenistherapie,[3] ofwel narratieve therapie
- exposuretherapie
Blootstelling (exposure) aan het trauma is een belangrijk onderdeel van elke vorm van traumatherapie. Uniek aan NET is de combinatie met getuigenistherapie, waarbij je jouw hele levensverhaal reconstrueert en het trauma in een context plaatst.[4]
Waarom werkt narratieve exposuretherapie ?
Narratieve exposuretherapie speelt in op de manier waarop we herinneringen opslaan. Traumatische gebeurtenissen gaan gepaard met heftige emoties: gevoelens van angst en paniek, boosheid, ongeloof en wanhoop. Deze emoties schakelen het zogenaamde expliciete geheugen (het gedeelte van ons brein waarmee we logisch nadenken) uit.[5]
Trauma in impliciet geheugen opgeslagen
Het gevolg is dat herinneringen aan trauma in het impliciete geheugen worden opgeslagen – niet als gebeurtenissen in een bepaalde tijd en plaats, maar als beelden, geuren, geluiden, gevoelens en lichamelijke reacties. Het trauma krijgt dus geen plekje in ons levensverhaal, ergens in het verleden. In plaats daarvan blijft het in het heden bestaan.
Dit zorgt er ook voor dat herinneringen aan het trauma zomaar ineens door triggers kunnen worden opgeroepen. En dan krijg je weer diezelfde gevoelens van angst en paniek – alsof je het trauma opnieuw beleeft.[6]
Trauma in expliciet geheugen zetten
Herinneringen in het expliciete geheugen bevatten contextinformatie. Ze zijn chronologisch geordend en gekoppeld aan een bepaalde plaats, omgeving of andere gebeurtenis. Dit soort herinneringen zijn gestructureerd en logisch, en kunnen worden begrepen en naverteld. Ze hebben ‘een plekje gekregen’.
Het doel van NET is traumaherinneringen vanuit het impliciete geheugen naar het expliciete geheugen over te hevelen. Dit gebeurt door het trauma in jouw levensverhaal te plaatsen. Zo krijgt het die context die jij voor de verwerking ervan zo hard nodig hebt.[7]
‘Het verhaal vertellen en (re)construeren’ zou volgens veel auteurs en therapeuten een wezenlijk onderdeel moeten zijn van iedere (trauma)therapie.’[8]
Hoe werkt narratieve exposuretherapie ?
Een psycholoog kan je helpen PTSS met narratieve exposuretherapie te verminderen. De therapie bestaat grofweg uit drie fasen:[9]
- Narratieve fase: de psycholoog helpt je met een chronologische reconstructie van jouw levensverhaal, waarin zowel de positieve als negatieve gebeurtenissen aan bod komen.
- Exposurefase: de psycholoog zoomt extra in op de traumatische gebeurtenissen. Dit gaat stapje voor stapje en onder professionele begeleiding. De therapeut zal altijd rekening houden met waar jij aan toe bent.
- Herstructureringsfase: de traumatische gebeurtenissen krijgen een plekje op jouw levenslijn en worden zo in jouw verhaal geïntegreerd.
Resultaat narratieve exposuretherapie
- cognitieve herstructurering: traumatische gebeurtenissen worden in de tijd en ruimte verankerd en krijgen eventueel een culturele, maatschappelijke of politieke context. Hierdoor vermengen de herinneringen zich met andere (positieve) herinneringen en ga je ze vanuit een ander perspectief zien.
- controle en overzicht: door zo actief je verhaal te reconstrueren word je weer een speler in je eigen verhaal in plaats van een machteloos slachtoffer. Dat geeft een gevoel van controle en versterkt het zelfbeeld.
- verbinding en erkenning: na de therapie kan je beter over het trauma praten, waardoor je meer verbinding met en erkenning van anderen zult ervaren.[10]
Heb jij last van trauma of ben je gediagnosticeerd met PTSS? Ons team bestaat uit ervaren traumapsychologen die jou met behulp van verschillende therapievormen verder kunnen helpen. Neem gerust vrijblijvend contact met ons op. We koppelen je graag aan psycholoog die goed bij jou past.
Veel gestelde vragen over narratieve exposuretherapie:
Wat is narratieve exposuretherapie (NET)?
Narratieve exposuretherapie (NET) is een kortdurende behandeling van complexe PTSS. Het doel van NET is het trauma in de context van jouw levensverhaal te plaatsen. Hierdoor krijgt trauma ‘een plekje’ en word je minder snel overvallen door herbelevingen.
Waarom werkt narratieve exposuretherapie?
Herinneringen aan trauma worden door heftige emoties in het impliciete geheugen opgeslagen – als losse beelden, geluiden, geuren, et cetera. Ze zijn hierdoor niet verankerd in het verleden, maar blijven in het heden voortbestaan. NET helpt deze herinneringen naar het expliciete geheugen te verplaatsen door ze context te geven.
Hoe werkt narratieve exposuretherapie?
Een professioneel traumapsycholoog helpt je je eigen levensverhaal op chronologische wijze te reconstrueren en het trauma daarbinnen te situeren. De traumatische gebeurtenissen worden op die manier in de tijd en ruimte geplaatst en gekoppeld aan andere (ook positieve) gebeurtenissen.
Bronnen:
[1] Het is voor het eerst effectief gebleken in de behandeling van vluchtelingen uit oorlogsgebieden in Soedan, zie: F. Neuner, M. Schauer, C. Klasschik, e.a. (2004). A comparison of narrative exposure therapy, supportive counseling, and psychoeducation for treating posttraumatic stress disorder in an African refugee settlement. Journal of Consulting and Clinical Psychology 72, pp. 579-587.
[2] R. Jongedijk (2012). Narratieve Exposure Therapie (NET). In: Handboek posttraumatische stressstoornissen, pp. 551-564. De Tijdstroom.
[3] Getuigenistherapie is oorspronkelijk ontwikkeld voor slachtoffers van het Pinochet-regime in Chili, zie: A. J. Cienfuegos & C. Monelli (1983), The testimony of political repression as a therapeutic instrument. American Journal of Orthopsychiatry 53, pp. 43-51.
[4] R. Jongedijk (2012). Narratieve Exposure Therapie (NET). In: Handboek posttraumatische stressstoornissen, pp. 551-564. De Tijdstroom.
[5] R. Jongedijk (2014). Levensverhalen en psychotrauma. Boom Amsterdam, pp. 65-76; R. Jongedijk (2012). Narratieve Exposure Therapie (NET). In: Handboek posttraumatische stressstoornissen, pp. 551-564. De Tijdstroom.
[6] Idem.
[7] Idem.
[8] R. Jongedijk, verwijzend naar: J. Olthof & E. Vermetten (1994). De mens als verhaal. Narratieve strategieën in psychotherapie voor kinderen en volwassenen. De Tijdstroom. Zie: R. Jongedijk (2012). Narratieve Exposure Therapie (NET). In: Handboek posttraumatische stressstoornissen, pp. 551-564. De Tijdstroom.
[9] R. Jongedijk (2014). Levensverhalen en psychotrauma. Boom Amsterdam, pp. 183-248.
[10] Idem.